Onderwijs

Mavo, havo, vwo

Samen met het Metis Montessori Lyceum vormt Kiemm een brede school voor mavo, havo en vwo. Kiemm is in september 2018 gestart in de 2de Oosterparkstraat met 1 mavo/havo brugklas. Hier doen leerlingen de 4-jarige mavo of de 5-jarige havo. Op dit moment heeft Kiemm 3 brugklassen, 3 tweede klassen, 3 derde klassen en 2 examenklassen.

 

Montessori

Leerlingen in het voortgezet onderwijs hebben hun eigen ontwikkelingsbehoeften, die afwijkt van leerlingen op de basisschool en anders zijn dan de ontwikkeling van leerlingen in het MBO of het HBO. Vanuit de Montessori-theorie zijn de leerlingen van 12 tot 18 bezig met de ontwikkeling van hun sociale bewustzijn.

Dit heeft invloed op de vormgeving van het onderwijs op Kiemm, dat wij vanuit deze Montessori visie mede hebben vormgegeven.

De wijze waarop dit gebeurt in de lessen is door veel samenwerkingsopdrachten in het curriculum in te bouwen. Daarnaast wordt er ruimte geven aan leerlingen om gedeeltelijk zelf hun werkzaamheden in te delen, aan vakoverstijgende projecten te werken, is er een focus op wereldburgerschap in zowel de reguliere lessen alsmede zijn er specifieke wereldburgerschapslessen.

 

Sport & bewegen

Sport is een belangrijk onderdeel van ons onderwijs. We sporten minstens 4 keer in de week. Het is goed om een teveel aan energie kwijt te kunnen maar het levert ook energie op! Het is gezond voor lichaam en geest. Daarbij is sport een goed middel om vaardigheden te ontdekken en te ontwikkelen zoals weerbaarheid en het verleggen van grenzen.

Ook tijdens de lessen is er ruimte voor beweging. Door regelmatig van werkplek te wisselen of buiten aan een opdracht te werken. Leren kan in alle standen: lopend op de gang, liggend op de grond, schrijvend op de muur.

 

Voorbereide leeromgeving

Iedere les worden opdrachten in verschillende werkvormen aangeboden. De leerling kiest welke vorm het meeste aanspreekt om de vastgestelde leerdoelen te behalen. Voor de ene leerling is dat taal, voor de ander door eerst op onderzoek uit te gaan. Wat werkt en wat werkt minder goed? Wat kan je al en waar zou je nog meer in moeten oefenen? En als je het eens heel anders aanpakt, wat gebeurt er dan? De kaders staan vast, daarbinnen zijn leerlingen vrij om hun eigen keuzes en fouten te maken. De leraar begeleidt en ondersteunt de leerlingen.

 

Geen huiswerk, wel ondersteuning

Wanneer de opdrachten voldoende zijn afgerond, kunnen de leerlingen van hun vrije tijd genieten of de lat iets hoger leggen door bijvoorbeeld verdiepingsopdrachten te maken of andere persoonlijke interesses te ontwikkelen. Is dat niet gelukt, dan worden de opdrachten eerst afgemaakt. Dit gebeurt dagelijks zodat er geen achterstand ontstaat. Leerlingen die dat nodig hebben krijgen hierbij extra ondersteuning.

 

Eigen niveau

Ieder vak beschrijft wat er minimaal per les af moet zijn. Lukt dat niet, dan wordt dat alsnog in de middag, verplicht, afgemaakt. Werk je sneller of kan een leerling meer aan? Dan laat de planning ruimte om per vak te excelleren.

 

Toetsing en afronding

Toetsen worden in kleine overzichtelijke onderdelen verdeeld zodat leerlingen de mogelijkheid hebben tijdens de lessen te leren en het lesonderdeel af te ronden. Alle onderdelen moeten voldoende zijn. Werkhouding en inzet tellen mee in de beoordeling.

 

Biologie buiten

Wat is er nou mooier dan een eigen tuin, midden in een stad als Amsterdam? Daarom dus. Biologie in de tuin.

 

Ondernemen

Ondernemen betekent aanpakken; iets doen om iets gedaan te krijgen. Of dat nou is omdat je een project wil starten of omdat je een opdracht moet maken. Ondernemen in de breedste zin van het woord, vormt een rode draad in ons onderwijs. Bij het ondernemersloket krijg je ondersteuning bij opdrachten om je ideeën vorm te geven.

 

Mobiel vrij

In de verschillende lessen wordt grotendeels gewerkt met een klassenopstelling die samenwerking en overleg stimuleren. Daarnaast is Kiemm een school waarbij telefoongebruik ontmoedigd wordt, om de leerlingen verder te stimuleren om zich te ontwikkelen in het sociale domein. Hierdoor zie je bij ons tijdens de pauze momenten dat kinderen verschillende sociale activiteiten met elkaar ondernemen: er wordt veel gevoetbald en gebasketbald op het schoolplein, terwijl er binnen verschillende groepen zitten te kaarten of andere spellen zitten te spelen. Hierdoor krijgen leerlingen voldoende input om zich sociaal te ontwikkelen.